Aan alles komt een eind, ook aan aardgas

Aardgas is een fossiele brandstof. Er zitten ook andere fossiele brandstoffen in de grond. Steenkool en aardolie zijn hiervan de belangrijkste. Deze drie fossiele brandstoffen hebben gemeen dat ze allemaal lang geleden zijn ontstaan uit de resten van dieren en planten. Als die resten uit elkaar vallen komen er gassen vrij. Aardgas ontstaat diep inde grond. De temperatuur en de druk zijn daar goed genoeg voor de ontwikkeling. Vanaf daar stijgt het gas op, totdat het tegengehouden wordt door het gesteente van het aardoppervlak. De maatschappijen hoeven alleen maar een te boren in dat gesteente en dan stroomt het gas vanzelf hun leidingen in. Tijdens dir proces komt er allemaal vuil mee naar boven. De aardgasmaatschappijen hebben allerlei manieren om het aardgas schoon te maken. Aardgas heeft van zichzelf geen geur. De maatschappij voegt de herkenbaar geur eraan toe voor de veiligheid. 

Over een paar jaar moeten we volledig van aardgas af zijn gestapt. Doordat het een fossiele brandstof is, is de voorraad dus niet oneindig. Aardgas heeft zo zijn voor en nadelen. Het gas is via pijpleidingen makkelijk te vervoeren naar huizen. Ook brand het schoon op. Er komen geen schadelijke, vieze stoffen vrij. Er is nog voldoende aardgas voor de komende 50 jaar. Dit is goed voor de export van het product. Bij de verbranding van aardgas komt CO2 vrij en dit is redelijk ongewenst, gezien de klimaatverandering. Tijdens het proces van aardgaswinning kan er sprake zijn van ondergrondse verschuivingen. Aan het aardoppervlak ervaren wij dit als een soort aardbeving. Je hebt er vast wel over gehoord op het nieuws. Mensen in Groningen hebben er last van gehad. Over een paar jaar zullen we gebruik moeten gaan maken van warmtepompen. Dit is echter niet erg voordelig voor de elektriciteitsrekening. Het is slim om eerst te beginnen met een hybride warmtepomp.